Het Imposter Syndrome is een psychologisch fenomeen waar veel mensen mee te maken krijgen, zonder dat ze zich ervan bewust zijn. Of je nu net begint in een nieuwe baan, een belangrijke prestatie hebt behaald, of al jaren in je vakgebied werkt, het kan je allemaal overkomen. In dit blog duiken we dieper in wat het imposter syndrome precies is, waarom mensen eraan lijden, hoe het kan ontstaan, en wat je kunt doen om er vanaf te komen.
Wat is het Imposter Syndrome?
Het Imposter Syndrome (ook wel bedriegerssyndroom genoemd) verwijst naar een gevoel van onzekerheid waarbij je denkt dat je niet echt verdient wat je hebt bereikt, ondanks dat je succes hebt geboekt. Mensen die hiermee worstelen, geloven vaak dat ze anderen misleiden door te doen alsof ze competent of bekwaam zijn, terwijl ze zichzelf in werkelijkheid als ongeschikt beschouwen.
Dit kan zich uiten in gedachten zoals: “Ik ben hier gewoon door geluk”, of “Zodra iemand ontdekt hoe weinig ik eigenlijk weet, ben ik klaar.” Ondanks positieve feedback van anderen en duidelijke prestaties, blijven ze het gevoel hebben dat ze een bedrieger zijn.
Waarom kan iedereen het krijgen?
Imposter Syndrome is niet voorbehouden aan een specifieke groep mensen. Iedereen kan ermee te maken krijgen, ongeacht je achtergrond of succes. Sterker nog, het komt vaker voor bij mensen die juist goed presteren. Het kan ontstaan door verschillende factoren:
- Hoge verwachtingen tijdens de opvoeding: Mensen die als kind vaak werden geprezen voor prestaties of werden aangemoedigd om perfect te zijn, kunnen later in hun leven last krijgen van het imposter syndrome. Ze hebben het idee dat ze altijd moeten excelleren en dat falen niet acceptabel is.
- Vergelijking met anderen: In een wereld waar succes vaak in de schijnwerpers staat, bijvoorbeeld via sociale media, kan de druk om te presteren enorm zijn. Het continue vergelijken van jezelf met anderen kan ervoor zorgen dat je denkt dat je niet goed genoeg bent, zelfs als dat niet waar is.
- Perfectionisme: Mensen die de lat extreem hoog leggen voor zichzelf, kunnen gevoeliger zijn voor het imposter syndrome. Het idee dat je altijd perfect moet zijn, maakt het moeilijk om je prestaties te erkennen als iets dat je daadwerkelijk hebt verdiend.
- Nieuwe uitdagingen: Zelfs als je al succes hebt geboekt, kan een nieuwe uitdaging – zoals een nieuwe baan, project, of verantwoordelijkheid – het gevoel van onzekerheid versterken. Het onbekende kan je het idee geven dat je niet voldoende voorbereid bent, zelfs als je de juiste kwalificaties hebt.
Hoe ontstaat het Imposter Syndrome?
Het imposter syndrome komt vaak voor in situaties waar je jezelf in een nieuwe omgeving bevindt, of wanneer je geconfronteerd wordt met uitdagingen die buiten je comfortzone liggen. Het kan ontstaan in verschillende fases van het leven, bijvoorbeeld bij het starten van een nieuwe baan, het behalen van een diploma, of zelfs na een belangrijke promotie. Mensen beginnen vaak te twijfelen aan hun eigen vaardigheden en denken dat ze niet in staat zijn om de rol die hen is gegeven goed te vervullen.
In sommige gevallen kan het ook te maken hebben met culturele en sociale factoren. Zo kunnen mensen uit bepaalde culturen, of vrouwen en minderheidsgroepen in bepaalde werkvelden, zich vaak als “de uitzondering” voelen, wat het gevoel van onzekerheid versterkt. Dit kan leiden tot het idee dat hun prestaties niet volledig te danken zijn aan hun eigen kunnen, maar dat ze het geluk aan hun zijde hadden.
Wat kun je doen om het Imposter Syndrome te overwinnen?
Gelukkig is het Imposter Syndrome iets waar je actief aan kunt werken. Er zijn verschillende manieren om met deze gevoelens van onzekerheid om te gaan en ze te overwinnen:
- Erken de gevoelens, maar laat ze je niet beheersen: Het eerste wat je kunt doen, is je bewust zijn van het feit dat je deze gevoelens hebt. Het is belangrijk om te begrijpen dat het imposter syndrome normaal is en dat veel mensen ermee te maken krijgen. Het betekent niet dat je minder capabel bent, maar dat je gewoon een gevoel van onzekerheid ervaart.
- Deel je gevoelens met anderen: Het delen van je twijfels met vrienden, familie of collega’s kan enorm helpen. Vaak ontdek je dat anderen dezelfde gevoelens ervaren, en dat je niet de enige bent. Het kan ook helpen om positieve feedback van anderen serieus te nemen en jezelf niet constant af te vragen waarom je succes hebt behaald.
- Focus op je prestaties: In plaats van je te concentreren op wat je nog niet weet, kun je beter kijken naar wat je hebt bereikt. Maak een lijst van je prestaties en herhaal voor jezelf waarom je deze hebt bereikt. Dit kan je helpen je succes te erkennen en jezelf te bevestigen.
- Zoek een mentor of coach: Een mentor kan je helpen om je gedachten in perspectief te plaatsen. Ze kunnen je wijzen op je sterke punten en je helpen om je doelen te bereiken. Het hebben van iemand die je vertrouwt, kan je helpen om je zelfvertrouwen op te bouwen.
- Leer omgaan met fouten: Niemand is perfect. Het is belangrijk om fouten te zien als een kans om te leren in plaats van als bewijs dat je niet goed genoeg bent. Fouten maken is een normaal onderdeel van groei en ontwikkeling.